Trams in Londen

Midden de jaren 1920 vervoerden de elektrische trams in Londen meer mensen dan alle andere stadstramnetten in de wereld. 

Tegen 1952 bleef er geen enkele tram meer over. De rails werden opgebroken en de trams en hun geluiden (zinderende bovenleidingen, drukte aan overstaphaltes voor bus en metro, trambellen en gierende remmen) verdwenen uit het straatbeeld. Vandaag zijn de rode dubbeldekkerbussen en de metro (plus het overzichtsplan dat prijkt op posters en mokken) onlosmakelijk verbonden met ons beeld van Londen. Na 70 jaar zijn de trams bijna helemaal vergeten. Maar enkele kranige overblijvers zijn in volle glorie te bewonderen in transportmusea en maken af en toe nog een ritje.

Jason Finch, een literatuurwetenschapper gespecialiseerd in ruimtelijke aspecten, doet onderzoek naar verhalen over de elektrische en paardentrams in Londen geschreven tussen 1860 en de jaren 1980. Er zijn zelfs herinneringen bij die decennia na de laatste tramrit werden opgetekend. De trams komen voor in de romans en kortverhalen van bekende schrijvers als Arnold Bennett en Maureen Duffy, maar ook in memoires, journalistieke stukken en semi-technische teksten over de tramgeschiedenis geschreven door tramfans en voormalige trammedewerkers. Hier zie je oude foto’s uit het London Transport Museum, met daaronder een fictief gesprek tussen bestuurder Fred en Ethel, een ‘clippie’ (kaartjesknipper), die in 1942 tijdens een pauze in het tramdepot van New Cross herinneringen ophalen bij een kop thee.

Jason FINCH

 docent Engelse taal en literatuur, universiteit Åbo Akademi, Turku (Finland).

Jason FINCH

 docent Engelse taal en literatuur, universiteit Åbo Akademi, Turku (Finland).